Centrum van Drunen rond 1908 (foto: SALHA) |
Tweede brief, deel 1
Geliefde vriend S….!
Ik ben nu al in Loon op Zand, mijn vriend! Je had vast niet gedacht dat ik al zo ver zou zijn. En wie weet waar ik al ben, als je deze brief ontvangt. Ik verliet Heusden bij het openen van de poort, want ik hou ervan om op reis vroeg in de kleren te zijn. Mevrouw Chapone zegt - en zij is hierover goed geïnformeerd: “vroeg opstaan, een goede tijdsindeling maken en zich daar standvastig aan houden, maakt een wezenlijk onderdeel uit van een goede huishouding.”* Daar druk ik mijn stempel van goedkeuring op, maar voeg er nog aan toe: “en is een noodzakelijke voorwaarde op reis.” Ziedaar een lesje voor iedereen, en vooral voor de wandelende reiziger!
Zoals ik al zei, ging ik dus vroeg uit Heusden weg, met ongeveer dezelfde uitrusting als vorig jaar, behalve dat ik mijn geliefde Ossian verwisseld had voor de werken van Croneck en Kleist. Ik koos mijn route niet richting Waalwijk, zoals ik eerst van plan was geweest, maar wandelde naar Drunen.
Drunen, dat in vroeger tijden Oven, Uden of Haven geheten zou hebben, is op zichzelf niet een mooi dorp. Maar wat deze plaatst aangenaam maakt, is dat men hier dagelijks, als men wat nieuwsgierig is uitgevallen, veel nieuws (leugens zowel als de waarheid) kan horen, omdat er iedere dag post uit Holland en uit Den Bosch en Breda aankomt. Dat maakt het nogal levendig hier.
Ik liep wat door het dorp om het te bekijken, genoot er rustig mijn middagmaal en hoorde verder niets bijzonders. Men treft hier een mooi kasteel aan en een matige kerk, die bepaald niet tot de prachtige gebouwen gerekend mag worden. Dat is het. In de namiddag wandelde ik naar Waalwijk, waar ik enkele dagen ben gebleven.
* Brieven ter verbetering van het gemoed, 8ste brief, bladz. 139
Geen opmerkingen:
Een reactie posten