Twintigste brief, deel 4
Als men iemand vraagt hoe het nu gaat, dan is meteen zijn antwoord: “Hoe zou het gaan? Het is geen spat beter dan vroeger, we moeten nog precies evenveel betalen.”
Hiermee zijn de vragen die je me hebt gesteld (voor zover ik me kan herinneren, tenminste) beantwoord. Ik wil daar nu nog het een en ander aan toevoegen.
In de Meierij zou veel te verbeteren zijn als men alles op de juiste manier zou aanpakken. Men zou belastingen die zwaar drukken en onbillijk zijn, kunnen afschaffen en andere instellen, die minder nadelig zijn voor het merendeel van de mensen. Bijvoorbeeld: bijna iedereen moet bijdragen in de dranken, zoals men dat hier noemt. Dat wil zeggen dat ieder dorp weet hoeveel belasting het moet opbrengen voor het gebruik van bier, wijn etc. Dit bedrag wordt dan door het lokale bestuur verdeeld over de inwoners. Daardoor betalen er velen, die nooit wijn of bier gebruiken, mee aan dit bedrag.
De belasting op noodzakelijke dingen, waar men niet buiten kan, zouden of geheel moeten worden afgeschaft, of tenminste zoveel mogelijk verlaagd moeten worden. Daarentegen zouden luxe zaken (ook in de Meierij heerst veel te veel weelde) zwaar belast moeten worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten