Dertiende brief, deel 5
Ook hier heeft het hatelijke bijgeloof zijn ware aard laten zien. Want de roomsen hebben alle ramen van deze kapel ingegooid en ze maken een vreselijk kabaal tijdens de erediensten van de hervormden (deze vinden stipt iedere zondag plaats). Zo onverdraagzaam als de roomsen zijn, zo tolerant zijn de hervormden. Laat ik je hiervan een staaltje melden, dat het waard is aan de vergetelheid te worden ontrukt.
Een doopsgezinde koopman uit Amsterdam verbleef hier vanwege een ongesteldheid voor het herstel van zijn gezondheid. Hij woonde altijd toegewijd de diensten van de hervormden bij. Toen het Avondmaal gehouden werd, werd ook hij door een naburig, waarnemend predikant (Gemert heeft op het moment geen eigen leraar) aan de tafel uitgenodigd en ontving hij als broeder en medechristen het brood en de wijn.
Wat vind je hiervan? Verdient deze daad niet vereeuwigd te worden, mijn vriend, net zoals de handelwijze van de hervormden en doopsgezinden in Holwerd, Friesland, vereeuwigd is door ons in een artikel “Bijdragen tot de geschiedenis der verdraagzaamheid in ons Vaderland”, verschenen in de Algemeene Vaderlandsche Letteroefeningen van 1794!
De hervormden in de Meierij zijn enorm verdraagzaam tegenover andere protestanten, die zij beschouwen als broeders, die het ondanks de verschillen in details eens zijn over het allerbelangrijkste, namelijk het dienen van God in geest en waarheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten