Twaalfde brief, deel 2
Maar bovenal heeft hij bij wijze van groot heiligdom een mirakelbed gekocht, een bed dat wonderen zou verrichten, maar wat voor wonderen? Ik heb het nog niet mogen vernemen. Dit bed bewaart hij als een onschatbaar heilig voorwerp in zijn huis. O wat een domheid! Wat een bijgeloof! - Maar hoe dan ook, dit bed zal in de toekomst wel degelijk wonderen aanrichten, namelijk in de beurs van de priester en in die van zijn leken. De eerste zal er door worden gevuld en de andere zullen erdoor geleegd worden, want wie zou niet graag geld geven aan heeroom om dit bed te mogen aanraken of kussen (want om er in te slapen, dat zal niet mogen gebeuren).
In Deurne wonen op dit moment ook veel nonnen uit een opgeheven klooster. Ze hebben hier een huis gehuurd en geven ook een pater onderdak. In een van de vertrekken hebben ze, zo zegt men, een altaar waaraan de pater de mis opdraagt. Ik heb hier en daar in de Meierij gevluchte monniken en andere zogenaamde geestelijken in het openbaar zien bedelen. Velen houden zich hier op, want in de Meierij staat men een roomse geestelijke alles toe, ook al is dat strijdig met de vroegere of huidige wetten. En dat terwijl men aan de andere kant een hervormde nauwelijks een teug water gunt en hem juist op allerlei manieren vervolgt, zoals je al hebt gezien aan al die voorbeelden die ik je naar waarheid (maar dan nog afgezwakt) heb gegeven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten