dinsdag 1 februari 2011

Waarom ik op reis wil


Eerste brief, deel 1

Mijn beste S.,

Je weet, mijn vriend, dat ik altijd al een sterke drang in mij voelde om ooit op reis te gaan. Reizen, zo dacht ik, is plezierig: je ontmoet nieuwe mensen, je ziet vreemde landen, je komt op afgelegen plaatsen, kortom, alles komt als nieuw op je over.

Dit reisverlangen ontvlamde al in mijn vroegste jeugd, en nog steeds is dat vuurtje niet volledig geblust. Vanaf het moment dat ik een beetje plezier begon te beleven aan lezen, was Robinson Crusoë mijn lievelingsboek; deze man had zoveel meegemaakt en had het op zijn onbewoonde eiland zo prettig - in mijn beleving tenminste - dat ik niets liever wilde dan ook zo te leven. Ja echt! Als ik had kunnen doen, waar ik zin in had, dan had ik als zwerver beslist niet ondergedaan voor mijn goede Crusoë!

O mijn vriend, ik kan nog steeds met genoegen terugdenken aan de momenten in mijn jeugd, waarop ik, met mijn Robinson in de hand, mijzelf een toekomst voorstelde waarin ik net als hij bijna de gehele wereld rondreisde. Tegelijkertijd moet ik dan om mezelf lachen, want in die tijd fantaseerde ik over niets meer of minder dan dat ik een groot man zou worden, een beroemde ontdekkingsreiziger (ik kende toen namelijk geen grotere helden dan ontdekkingsreizigers).

Men zou mij met respect behandelen en één en al oor zijn, wanneer ik na mijn reizen in gezelschap over mijn lotgevallen zou vertellen. Immers: wie verre reizen doet, heeft wat te verhalen.

Een tweede reden, en zeker niet de minste, waarom ik zo graag wilde gaan reizen, was deze: ik zou alles wat ik tegenkwam nauwkeurig opschrijven, en na afloop van mijn tocht zou iedereen mijn aantekeningen met evenveel genoegen lezen, als waarmee ik Crusoë doorbladerde. Ontdekkingsreiziger én schrijver! Wat een grandioze eretitels!

Eigenliefde en de gedachte dat je de bewondering van je medemensen zou kunnen opwekken, zijn twee krachtige drijfveren om ergens aan te beginnen, vooral in je vroege jeugd...

2 opmerkingen:

Ton de Looijer zei

Mooi initiatief!

Stephanus Hanewinckel zei

Wat leuk dat jullie begonnen zijn aan het publiceren van een boek onder mijn naam. Ik vind het niet erg hoor, maar jullie weten toch dat die Reizen door de Majorij oorspronkelijk anoniem zijn uitgegeven? Maar misschien zal ik nog wel eens reageren op die brieven die gaan komen.